Eenheid Den Haag - Drugsconvenant in de strijd tegen ondermijnende criminaliteit

Met de ondertekening van het drugsconvenant door de burgemeesters binnen de politie-eenheid Den Haag is woensdag 3 juni een belangrijke stap gezet. In het convenant, waarin zowel overheidsinstellingen als private partijen de krachten bundelen in de strijd tegen ondermijnende criminaliteit, staan afspraken over het onderling uitwisselen van informatie. 'De aanpak van criminaliteit staat of valt met een goede informatiepositie', stelt Paul van Musscher, politiechef van de Eenheid Den Haag.

Binnen het verzorgingsgebied van de politie-eenheid Den Haag is sprake van de productie, verwerking en opslag van en handel in verdovende middelen. Behalve het risico op gevaarlijke situaties en schade voor het milieu, heeft dit een ernstig ondermijnend effect op de samenleving. Criminelen schuwen hierbij niet om mensen onder druk te zetten, af te persen of geweld te gebruiken. Burgers en ondernemers lopen risico. De vermenging van de onderwereld met de bovenwereld noemen we ondermijning. Om deze ongewenste situatie effectief te kunnen aanpakken, is samenwerking tussen verschillende partners noodzakelijk.


Samenwerking

Van oudsher zijn in de voormalige politieregio’s Haaglanden en Hollands Midden zogeheten ‘hennep-convenanten’ van kracht. De laatste jaren hebben andere vormen van drugsgerelateerde criminaliteit echter een vlucht genomen. Het samenstellen van een nieuw èn breder convenant, wat zich niet alleen richt op hennep maar op drugs in het algemeen, was daarom op zijn plaats. Onder andere de bestuurlijke portefeuillehouder ondermijning (een van de burgemeesters), de politie, het OM, het RIEC, private partijen en het netwerk openbare orde en veiligheid waren betrokken bij de totstandkoming van het nieuwe convenant. Door samen te werken in dit convenant komen vermoedens van drugscriminaliteit nog eerder aan het licht, bijvoorbeeld doordat een water- of electriciteitsleverancier een abnormale afname van water of electra meldt.


Uitwisseling

De aanpak van georganiseerde drugscriminaliteit in de eenheid Den Haag doen overheidsorganen, waaronder gemeenten, politie, OM en Belastingdienst, samen met private partijen, zoals woningcorporaties/bedrijfsmatige verhuurders, drinkwaterbedrijven en netbeheerders. De drugsaanpak heeft betrekking op zowel de hennepteelt als op de productie van - en handel in - (onder meer) cocaïne en synthetische drugs. Het nieuwe en verruimde drugsconvenant maakt het mogelijk om informatie tussen de partners uit te wisselen en hierdoor een wezenlijke bijdrage te leveren aan de bestrijding van ondermijnende criminaliteit. Het doel is om het moeilijker te maken om drugs te produceren, te verwerken, op te slaan en te verhandelen. 'Misdaad mag niet lonen. En daar kunnen we alleen sámen voor zorgen', aldus van Musscher. 'Daarom waardeer ik het enorm dat alle bij het convenant betrokken partners, waaronder een aantal nieuwe zoals de drinkwaterbedrijven, de urgentie voor de aanpak erkennen en het convenant ondertekenen.'


Eerste stap

Het convenant betekent niet dat er ook gezamenlijk gegevens verwerkt mogen worden, het gaat alleen om het delen van informatie wanneer dat noodzakelijk is voor de aanpak van drugscriminaliteit. Om dit te mogen doen, heeft de korpschef van de nationale politie op grond van artikel 20 van de Wet politiegegevens expliciet een beslissing genomen ten aanzien van de partners die deelnemen aan het convenant. De ondertekening door de burgemeesters binnen de eenheid Den Haag is een belangrijke eerste stap, zodra ook de andere partners hun handtekening hebben gezet, is het convenant van kracht.